SWP
leestijd: 5 min

Zielsgelukkig was ik met de zolderkamer aan de Nieuwe Bleekerstraat 13a, mijn eerste kamer, vanwaar ik de straat kon overzien zonder opgemerkt te worden. In de eerste nacht werd ik af en toe wakker en meende ik te horen hoe mijn fiets gestolen werd, maar toen die er om half 6 nog stond ging ik gerust slapen. Eenvoudigweg iemand in Groningen zijn in plaats van 'de dochter van...', zelf bepalen wat ik ging doen en wanneer; het was alsof ik bevrijd was. Een mooier begin van mijn leven in stad kon ik me niet wensen.

Het studentenhuis had vijf kamers, maar geen douche. Geen probleem; de kamer had een wastafel en douchen in een ander huis was zo geregeld. Dankzij het mooie septemberweer kon ik op m'n aftandse, rode Jaguar racefiets rustig het Hoornse en Paterswoldse meer verkennen. De vrijheid begon te wennen. Na een tijdje begon de verveling echter toe te slaan; iedereen was bezig met introductiekampen en eerste colleges, terwijl ik zat te wachten op bericht wanneer de School Werkplaats zou beginnen. Deze werkplaats, kortweg SWP, had als doelgroep: mensen die niet weten wat ze willen. Ik was zo iemand, want, niet toegelaten tot een opleiding, wist ik alleen wat ik niet wilde en niet wat wel. Het was 1985 en het begrip 'tussenjaar' was nog niet bedacht.

Gelukkig kwam daar de brief van de begeleiders van de SWP die berichtten dat de verhuizing naar de zolderverdieping van het Platformtheater afgerond was en we konden beginnen. Er moest nog wel wat geklust worden. Vandaar dat er een plenaire georganiseerd was (een woord dat ik niet kende, maar waar ik vanaf toen vaker dan me lief was mee om de oren geklepperd zou worden). Na de kennismaking met andere deelnemers zouden er afspraken gemaakt worden over wie wat zou gaan doen. De afsluiting van deze introductiedag zou bestaan uit een late gezamenlijke lunch onderin het theater.

Bij het betreden van de ruimte overviel mij teleurstelling: 'wat een bende'. Lust om hier te klussen was ver te zoeken. Wat er die dag ook afgesproken is, ik heb de afspraak hierover kennelijk uit mijn geheugen gewist. Wel vreemd bij de lunch: vieze thee en bamboekoffie en je mocht zelf bepalen hoeveel je ervoor wilde betalen. En wat een aparte mensen die veel (over zichzelf) te vertellen hadden! Ik hield me maar stil. Gelukkig waren er twee SWP'ers bij wie ik me wel op mijn gemak voelde en met hen kwam ik, na een lange ronde van keuzes maken en onderhandelen, onder de hoede van een mentor.

Van anderen herinner ik me de afkickproblematiek, de worsteling met seksuele ontluiking en zoektocht naar eigen identiteit. Er ging een denk- en gevoelswereld van jewelste voor me open, want toegegeven, mensen zoals deze was ik nog niet eerder tegengekomen.

Het op zoek gaan naar mezelf, het proberen uit mijn schulp te kruipen en aangeven waarom ik deed wat ik deed, vond wat ik vond en voelde wat ik voelde, was niet eerder zo in de openbaarheid gebracht. Het motto dat ik toebedeeld kreeg - 'Ik ben belangrijk' - was, naast alle introspecties, niet bepaald een appeltje-eitje. Situaties, bijvoorbeeld met mijn huisbaas, die elke eerste maandagavond van de maand de 165 gulden huur kwam innen of soms zomaar binnen kwam vallen, werden nagespeeld, geanalyseerd en geëvalueerd. Tegelijkertijd was 't wennen hoe andere mededeelnemers zich over hun gevoelsleven uitten. De richting waarin het antwoord gezocht moest worden op de vraag 'Wat wil ik?' was niet bij iedereen dezelfde en werd derhalve ook niet op dezelfde manier onderzocht. Bijeenkomsten in het Platform bestonden uit yoga, praatgroepen en beeldende vorming. Het leken soms therapeutische sessies en de zegswijzen 'ik heb zoiets van ...' of 'hoe is dat voor jou?' waren niet van de lucht.

Aan het Boterdiep was het overigens heel goed swingen, wat ik dan ook gretig deed. Na ellenlange plenaires over koffiegeld en andere (huishoudelijke) zaken, waarbij menigeen later aanschoof en er weer helemaal van voren af aan werd begonnen met een onderwerp, was het erg prettig om vrijuit op muziek te bewegen. Ook maakte ik hier kennis met wat leek op de voorloper van een bootcamp: uitgeput na het rennen van een parcours door het Noorderplantsoen, braken mensen van vermoeidheid uit in het toegeven aan allerlei gevoelens waar ze dan opeens makkelijker bij leken te komen. Er ontstonden relaties die al dan niet snel uitgingen.

Eind februari, toen het heel koud was, werden we, in totaal zo'n 20 deelnemers, gesplitst in twee groepen. De ene groep ging de spreekwoordelijke hei op en mijn groep bleef thuis in het theater. Voor de vrijdagavond moest ik vrij vragen van mijn vrijwilligerswerk in het eethuisje van Simplon. Na het samen eten zouden we namelijk gaan strip pokeren. Joost mag weten weten waarom deze activiteit gepland stond en verplicht was! En heette onze groepssessie nou Go To The Feelings, of was dat die van de andere groep?! Afijn, ik baalde als 'n stekker dat ik niet lekker Chocolade Saroma-toetjes mocht verkopen (als chocolademousse...) in 't jongerencentrum, maar helaas kwam ik hier niet onderuit.

Hoe ging dit strip pokeren in zijn werk? Was ik zenuwachtig voor we begonnen? Het is allemaal gedeletet bovenin. Het enige wat me nog bijstaat is dat ik erg blij was dat ik als allerlaatste compleet uit de kleren ging en dat ik dit als een ik-hoor-erbij ervaarde tussen alle bloteriken. Letterlijk in mijn nakense niks nie rondhuppelen was zoveel makkelijker dan figuurlijk; er was niets provinciaals aan mijn lichaam om me voor te schamen. Toen het spel gespeeld was, zijn we ons lekker warm gaan swingen.

Diep in de nacht fietste ik door de vrieskou naar mijn kamer en sprak met geen woord over deze gebeurtenis, met niemand. Jaren later zou ik nog geregeld in het Platformtheater komen; voor zangles met CT in de kelder, optredens met de Brothel Brothers, exposities, workshops of feesten. Zou het strip pokeren mijn band met het gebouw gevormd hebben? Daar laat ik me maar niet over uit.

Deel dit verhaal
Sponsoren

banner-eigenzinnig-600px.jpg

Marieke Jonker (Bovensmilde, 1966) groeide op in Friesland – woont in Groningen sinds 1985. Docent, stemacteur, percussionist, zangeres, graag op pad. Dubbelvla? Schudden voor gebruik!